"Automatisering is absoluut de toekomst voor de bouw"
Hoe evolueer je van een traditionele speler in de houtbouwwereld naar een innovator die de klimaattransitie aanpakt? Carpentier Hardwood Solutions waagde in 2008 de sprong met een businessaanpak die de klimaatdoelstellingen centraal stelt. Medezaakvoerder Kristof Carpentier legt uit hoe innovatie en klimaattransitie richtinggevend zijn in het familiebedrijf.
Waar liggen jullie wortels als onderneming?
KC: Carpentier is actief in de houtindustrie sinds 1958, initieel als houtzagerij, vervolgens als houthandel. En zelfs daarvoor produceerde Carpentier al houten wastobben en -knijpers. Intussen staat de derde generatie aan het roer.
In 2008 kozen we als Carpentier Hardwood Solutions voor radicale innovatie. Onze corebusiness verschoof van hout als grondstof naar afgewerkte producten, die we verregaand kunnen personaliseren op maat van een specifieke klant. Uiteraard blijven we ook reclaimed en Europees brut hout uit duurzaam bosbeheer aanbieden. Daarnaast hebben we een uitgebreid gamma aan houten poorten, gevelbekleding, terrashout, houten bijgebouwen enzovoorts. Sinds 2020 beschikken we ook over een businessunit exclusief voor houtskeletbouw. We willen het verschil maken met toegevoegde waarde.
Wat moeten we begrijpen onder toegevoegde waarde?
KC: Hout is een circulair, biobased product dat in zijn groeifase koolstof opslaat. We zijn ook zeker dat al ons hout uit duurzaam bosbeheer komt. Daarom willen we zelfs geen houtsoorten van andere continenten aankopen, of ze nu een ecolabel dragen of niet. Bovendien zijn al onze producten opgebouwd volgens de circulaire principes. We werken dus zonder lijm, met kliksystemen die volledig demonteerbaar zijn. Afwerking gebeurt met bio-beitsen en -oliën ... De duurzaamheid en het regeneratieve karakter van ons natuurlijk hout is zeker een meerwaarde.
Maar de toegevoegde waarde zit ook in de manier waarop we onze klanten ontzorgen. Hiertoe zetten we zwaar in op innovatie. Onze klanten zitten in de b2b-markt. Denk maar aan schrijnwerkers en aannemers. Die hoeven 's avonds niets na te rekenen en prijzen op te zoeken. 3D-simulaties, 2D-plannen en gedetailleerde calculaties en prijsopgaven rollen automatisch uit onze software. De digitale ontwerpen zijn volledig BIM-ondersteund. Je ziet alles in detail: de diktes van een wandopbouw, de gebruikte isolatiematerialen en hun isolatiewaarde, de prijzen en zelfs het E-peil en de impact ervan op het EPB. Je krijgt dus een goed idee van de koolstofvoetafdruk van een project.
Een andere fundamentele innovatie die veel toegevoegde waarde biedt, is ons machinepark. We produceren alles offsite en leveren de prefab-elementen in een kant-en-klaar bouwpakket. Alles klopt perfect, de aannemer kan het zo plaatsen. Automatisering is absoluut de toekomst voor de bouw.
Spelen de passiefbouwprincipes een rol?
KC: In de realiteit zullen we dikwijls beter scoren dan de passiefnorm, niet alleen dankzij ons hout maar ook met de bio-ecologische isolatiematerialen die koolstof opslaan. Alle principes van passiefbouw passen we toe: dampopen, luchtdicht, balansventilatie, noem maar op. En net zoals Pixii zetten we in op circulariteit en koolstofneutraliteit.
De bouwwereld lijkt koolstofneutraliteit niet enthousiast te omarmen.
KC: Het gaat traag, maar vergelijk het met een grote tanker die van koers moet veranderen. Carpentier loopt een paar jaar voor. Dankzij diverse innovaties trachten we rendabel en toch volledig ecologisch te zijn. We zijn ervan overtuigd dat de rest van de markt zal volgen. Hier ligt uiteraard een taak weggelegd voor de overheid. Die moet via normering koolstofneutraliteit kwantificeerbaar maken en opleggen. Een woning bouwen is duur en er zijn niet veel particulieren die extra willen betalen voor koolstofneutraliteit. Investeerders al helemaal niet, die kijken enkel naar de prijs en het rendement.